Koenraad Degroote (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, wij hebben het hier enkele maanden geleden gehad over de wijziging van de wapenwet en het vastleggen van een nieuwe aangifteperiode voor burgers, om hun wapens te laten regulariseren.
Ik had graag een stand van zaken van de aangifteperiode gehad. Hoeveel wapens werden aangegeven? Hoeveel wapens werden ingeleverd?
Ik vrees echter het antwoord al in de pers te hebben gelezen, al hoop ik uit uw mond wat anders te vernemen.
Minister Koen Geens: Mijnheer de voorzitter, mijnheer Degroote, de aangifteperiode voor vergunningsplichtige vuurwapens, laders en munitie heeft tot nu toe al een zeer goed resultaat opgeleverd. Tussen 1 maart en 31 juli werden er al 8 750 aangiftes voor wapens, laders en munitie gedaan. Eén aangifte staat voor één wapen of voor een bepaalde hoeveelheid laders of munitie. Het aantal aangiftes stijgt maand na maand. Voor de maand juli 2018 zijn de gegevens van twee provincies nog niet meegeteld. Het werkelijke cijfer ligt dus nog iets hoger.
De meeste burgers vragen een vergunning of een inschrijving van hun wapen, zijnde in 40 % van de aangiftes, of doen definitief afstand van hun wapen, laders of munitie, zodat deze definitief uit het circuit verdwijnen, namelijk zowat 37 % of 3 206 wapens en hoeveelheden laders en munitie.
Ik neem de gelegenheid te baat, om de provinciale diensten en politiediensten te bedanken voor de inspanningen die zij leveren, om van de aangifteperiode mee een succes te maken.
Zoals u weet, kunnen burgers die nog een aangifte willen doen hiervoor de tijd hebben tot 31 december van dit jaar.
Koenraad Degroote (N-VA): Mijnheer de minister, ik heb twee opmerkingen.
Ten eerste, het merendeel van uw antwoord staat inderdaad in de persberichten van gisteren en vandaag, terwijl mijn vraag dateert van 22 augustus. Dat getuigt niet van respect ten opzichte van het Parlement. Ik kan daarmee echt niet leven.
Ten tweede, u spreekt van een succes. Destijds, in 2015, verklaarde de Federale Wapendienst dat er nog 300 000 illegale wapens voorhanden waren. Daarvan is tot op vandaag dus reeds 3 % aangegeven. Dat kan volgens mij moeilijk een succes worden genoemd.
Ik zal een en ander nader laten onderzoeken.
Regeringsleden hebben het natuurlijke instinct om te geloven dat hun regelgeving effectief bijdraagt tot een verbetering van de samenleving. De minister van justitie is fier om te kunnen aankondigen dat er maar liefst 8.750 vuurwapens, laders of stuks munitie zijn aangegeven. Er wordt een afzonderlijke aangifte geregistreerd voor het wapen, de munitie en de lader. Dus aangifte van een wapen met lader telt voor twee aangiftes, aangifte van lader, munitie en wapen voor drie aangiftes.
Het is dus niet zo dat er 8.750 wapens zijn aangegeven. Maar zelfs als dit zo zou zijn, dan is dit bezwaarlijk een succes te noemen. In een interview in Knack in 2015 laat het toenmalige diensthoofd van de Federale Wapendienst noteren dat er ongeveer 300.000 illegale wapens in het land zijn. Dit aantal is moeilijk te bepalen, maar zelfs volgens de minister van justitie zijn het er "enkele honderdduizenden", dus meervoud...
Als we aannemen dat er 300.000 illegale wapens zijn en zelfs nog zouden aannemen dat er 8.750 wapens zouden zijn aangegeven, dan betekent dit dat hoogstens 3% is van het aantal illegale wapens.
Dat de minister dan spreek van "een goed resultaat" toont aan dat hij absoluut niet wil inzien dat de nieuwe regularisatieronde dermate slecht ontworpen is dat een burger die wenst te regulariseren zich in een avontuur stort. Wij schreven eerder al dat een burger niet kan weten of hij uberhaupt aan de voorwaarden voldoet voor regularisatie. Bovendien is de minister slordig geweest bij de redactie van de uitvoeringsbesluiten waardoor ze allicht vernietigd worden. Ook tegen de wet zelf loopt een vernietigingsberoep bij het Grondwettelijk Hof.
Maar zelfs dan nog: het ziet er naar uit dat de maatregel slechts zeer beperkt heeft bijgedragen tot registratie van wapens. We vernemen ook dat ongeveer de helft van de aangiftes in de provincie Luik gebeurde. De maatregel, die bedisseld is tussen enkele jagende magistraten en de Waalse jagerslobby, beoogde enkel de jagers die gedurende 27 maanden (tussen juni 2006 en november 2008) "vergeten" waren hun dure jachtwapens aan te geven tegemoet te komen. Dit wapenbezit vormt weinig risico voor de openbare orde. De nieuwe regularisatie zal dus al bij al weinig impact hebben op registratie van illegale wapens en op de openbare veiligheid.