Publicatie: BS 12 augustus 2020
Artikel 1. Dit besluit strekt tot omzetting van Uitvoeringsrichtlijn (EU) 2019/68 van de Commissie van 16 januari 2019 tot vaststelling van technische specificaties voor de markering van vuurwapens en essentiƫle onderdelen daarvan op grond van Richtlijn 91/477/EEG van de Raad inzake de controle op de verwerving en het voorhanden hebben van wapens en zet ook artikel 4, lid 1, a), en lid 2 van de Richtlijn 91/477/ EEG van de Raad van 18 juni 1991 betreffende de controle op de verwerving en het voorhanden hebben van wapens, vervangen door de Richtlijn (EU) 2017/853 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2017 tot wijziging van Richtlijn 91/477/EEG van de Raad van 18 juni 1991 inzake de controle op de verwerving en het voorhanden hebben van wapens om.
Art. 2. Elk vuurwapen en elk aan de proef onderworpen onderdeel dat is vervaardigd of ingevoerd, om vanaf 17 januari 2020 op de Europese markt te brengen, moet voorzien zijn van een duidelijke, blijvende en unieke markering, die ten minste de naam van de fabrikant of het merk, het land of de plaats van vervaardiging, het serienummer en het jaar van vervaardiging, indien dit nog niet vervat is in het serienummer, en waar mogelijk het model, bevat.
Indien een aan de proef onderworpen onderdeel zoals hierboven gedefinieerd te klein is om te worden gemarkeerd in overeenstemming met dit artikel, wordt het ten minste gemarkeerd met een serienummer of met een alfanumerieke of digitale code.
De vuurwapens of de aan de proef onderwopren onderdelen die van bijzonder historisch belang zijn, moeten gemarkeerd worden op zulke wijze die het dichtst aansluit bij deze vermeld in het eerste lid, rekening houdend met hun specifieke kenmerken.
Art. 3. De markering moet in overeenstemming zijn met de bijlage bij dit besluit.
Art. 4. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 5. Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGE BIJ HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 31 JULI 2020 TOT VASTELLING VAN TECHNISCHE SPECIFICATIES VOOR DE MARKERING VAN VUURWAPENS EN DE AAN PROEF ONDERWORPEN ONDERDELEN DAARVAN
Technische specificaties voor de markering van vuurwapens en de aan de proef onderworpen onderdelen daarvan
1. De voor de markering gebruikte lettergrootte bedraagt ten minste 1,6 mm. Indien nodig mag een kleinere lettergrootte worden gebruikt voor de markering van de aan de proef onderworpen onderdelen die te klein zijn om te worden gemarkeerd overeenkomstig artikel 2 van dit besluit.
2. Voor framegroepen of kastgroepen van een niet-metallisch materiaal, wordt de markering op een metalen plaat aangebracht die permanent in het materiaal van de framegroep of de kastgroep is ingebed, op zodanige wijze dat:
a) de plaat niet gemakkelijk of snel kan worden verwijderd
b) bij verwijdering van de plaat een gedeelte van de framegroep of de kastgroep kapot zou worden gemaakt Andere technieken voor de markering van dergelijke framegroepen of kastgroepen mogen worden gebruikt, mits die technieken voor een gelijkwaardig niveau van duidelijkheid en bestendigheid van de markering zorgen. Bij het bepalen welke niet-metallische materialen in het kader van deze specificatie worden opgegeven, wordt rekening gehouden met de mate waarin het materiaal afbreuk kan doen aan de duidelijkheid en bestendigheid van de markering.
3. Voor de markering wordt het Latijnse alfabet gebruikt
4. Voor de markering wordt het Arabische talstelsel gebruikt